Exact 35 jaar geleden was NOS Teletekst voor het eerst te zien op televisie.
Het idee
Teletekst is speciaal ontwikkeld voor het ondertitelen van televisieprogramma’s voor doven en slechthorenden. De BBC heeft dit destijds (in korte tijd) weten te ontwikkelen, binnen twee jaar na de aankondiging in 1972 waren de eerste proefuitzendingen met ondertiteling een feit (1973-1974). Het teletekstsyteem bleek echter ook geschikt voor andere doeleinden, zoals het verspreiden van nieuws. In 1974 ging de Britse omroep BBC als eerste van start met teletekst onder de naam Ceefax, wat een verbastering is van het Engelse “see facts”. Daarna volgden Zweden SVT (12 maart 1979) en Oostenrijk ORF (21 januari 1980).
De start in Nederland
In 1976 lieten twee Nederlandse omroepmedewerkers zich in Londen voorlichten door de BBC. Daarna werd het systeem opgezet door Teleteksthoofdredacteur Wim Stokla, voormalig adjunct-hoofdredacteur van het Journaal en Joop Marmelstein, toenmalig chef binnenland. In de aula van de Vrije Universiteit in Amsterdam gaf wereldkampioen schaken Max Euwe op 1 april 1980 het startschot. Om de mogelijkheden van het nieuwe medium te demonstreren, speelde hij live op Teletekst een partijtje schaak tegen Stokla. Slechts 2000 mensen hadden op dat moment een televisietoestel dat geschikt was voor Teletekst.
Op 8 mei 1980 ging ook de BRT van start met teletekst. Nieuwszender VTM lanceerde zijn teletekst bij de opstart van de zender begin 1989.
Hoe werkt het?
Het teletekstsignaal wordt met de normale televisie-uitzending meegestuurd in de beeldlijnen die buiten het normale beeld vallen. Bij slecht afgestelde televisietoestellen is dit wel eens te zien als steeds veranderende zwarte en witte puntjes aan de boven- of onderkant van het beeld. Het betreffende signaal wordt door een ingebouwde decoder uit het ontvangstsignaal gefilterd, waarna de gebruiker de gewenste informatie met de afstandsbediening kan opzoeken. Ook kunnen hiermee de Nederlandstalige televisieprogramma’s van ondertiteling voorzien worden (Teletekst-pagina 888).
Wat kost het ons?
Uiteraard betaalt de Nederlander via belastingen mee aan Teletekst, dat zou gaan om 25 eurocent per Nederlander per jaar (4 miljoen euro?). De NOS vertelt heel stoer dat daarvoor dan wel “meer dan tienduizend” nieuwsberichten worden geleverd, maar voor 4 miljoen hoop ik dat ze inmiddels wel wat meer content produceren.
De toekomst
De tijden zijn het grootste verschil met nu, herinnert Teletekstredacteur vanaf het eerste jaar, Ronald Swart zich: “In het begin waren de Teletekstwerktijden alleen maar overdag. Als je ‘s nachts keek, dan zag je dus alleen maar testbeeld.” In de loop van de tijd werd Teletekst dag en nacht bijgehouden.
Het hoogtepunt van Teletekst was rond het jaar 2000, toen een slordige 2,8 miljoen mensen het dagelijks gebruikten. Hoewel 2004 een jaar met veel opwindend nieuws was, nam het aantal dagelijkse Teletekstkijkers op televisie af tot 2,2 miljoen, wat neerkomt op een daling van 20 procent sinds 2000. In 2010 hield de NOS een onderzoek naar het aantal gebruikers vanwege het 30-jarige bestaan van Teletekst. Hieruit bleek dat dagelijks ongeveer vijf miljoen Nederlanders gebruik maken van de nieuwspagina’s op NOS Teletekst. De meerderheid hiervan deed dit via televisie (ruim 2,5 miljoen, dus dan zou het gebruik weer gestegen zijn), maar veertig procent ook via vast internet en zes procent via hun mobiel. Actuele gebruikscijfers zijn helaas niet bekend.
De komst van het internet heeft Swart nooit als een bedreiging voor het medium hebben gezien: “De kracht van Teletekst is wat mij betreft de eenvoud. Op pagina 101 zie je heel snel het belangrijkste nieuws. Ik denk dat daarom zelfs heel veel mensen naar Teletekst kijken via de computer of op hun smartphone.” In Belgie is het anders, daar werd op 31 oktober 2014 de dienstverlening stopgezet. De functies werden overgenomen door de website en app. De ondertitelfunctie op pagina 888 bleef wel beschikbaar.
[gv data=”yW86_bQjRqM”][/gv]